Een hobbelige kasseistraat in hartje Gent, nabij cultuurcentrum Campo en Sint-Jacobs. De zon piekt vertwijfeld nog een laatste keer een verre nok terwijl ik op zoek ga naar de dichtstbijzijnde parkeermeter. Het moment is daar om even wat tijd te kopen voor een kunstontmoeting. Ik betaal met gepaste munt en hoog opgetrokken mondhoeken.
Ria Bosman ontvangt me in haar woonhuis waar tevens haar atelier is gevestigd. Veel Afrikaanse en andere kunst vullen de metershoge ruimten op de benedenverdieping. Veel boeken ook, over etnische kunst en tal van andere onderwerpen. Het is een weelde aan voorwerpen, waar een kunst- en boekenliefhebber als ikzelf niet aan voorbij kan. Een kunstenaarshuis dus — haar partner is ook beeldend kunstenaar — dat even veel verhalen als objecten herbergt. Het vormt meteen ook het startpunt van een boeiend gesprek bij enkele tassen koffie in het vage noorderlicht dat zich egaal over de gepatineerde houten tafel schikt.
De kunstenares studeerde in 1979 af in de monumentale kunsten aan Sint-Lucas te Gent, het jaar waarop ook ondergetekende ter wereld kwam. Aanvankelijk creëerde ze grote lederen tapijten om nadien over te schakelen op natuurlijk vlas, een materiaal dat ze met lijm fixeerde. Later integreerde ze textielverf in haar werken, maar dat was niet kleurecht waardoor ze hiervan afstapte. Uiteindelijk kwam ze uit bij een stof van vlas en katoen dat gemengd wordt bewerkt met acrylverf als bindmiddel. “Ik kan niks weggooien”: vertrouwt ze me op vanzelfsprekende toon toe. Alle stukken stof worden benut. Alles kan ook dienen als canvas om kleurtonaliteit en verhoudingen tussen kleuren onderling te onderzoeken. Eens we enkele verdiepingen hoger haar atelier betreden, valt een gigantisch raam aan de noordzijde van de woning op. Ik zie stapels dozen en schuifkasten vol met werken en krijg hieruit een bloemlezing te zien van decennia productie. Tapijttegels die ze in reeksen beschilderde, een met leder overtrokken pietjesbak of een oud dagboek van ontvangsten waar ze tal van kleurenstudies in onder heeft gebracht. “Van deze reeks heeft Raoul (De Keyzer – nvdr.) er destijds drie gekocht”: zegt ze glimlachend. Ze onderzoekt de effecten van kleuren op kleuren, van uitgepuurde vormen en hun verhouding en van de verschillen in lichtwerking op kleurvlakken.
Waar Ria Bosman het meest mee wordt geassocieerd, zijn haar grote doeken/tapijten. “Het is geen textielkunst, want dat is de essentie niet.” Nadat ze me het procédé uitlegt van de totstandkoming van zo’n tapijt, krijg ik een idee van de waarde van het veelkleurige houten raam dat een hele muur in beslag neemt en de gigantische onderneming die elk van haar doeken wezenlijk is. Een doek (vlas en katoen) wordt opgespannen op dit houten kader dat haar grootvader destijds maakte en de kunstenaar dankbaar erfde. Hij was een smid die het licht zag in 1900. Ze haalt herinneringen op aan de Beverse Dijk in Kallo waar ze haar grootvader aan het werk zag. Daar maakte ze al op heel jonge leeftijd kennis met ambachtelijke technieken, iets was ze de rest van haar leven zou meenemen in haar werk. Het houten ‘weefraam’ is een antieken object op zich dat door het vele gebruik en de vele nageltjes een bijzondere kracht uitstraalt als dubbele drager van het oerdoek en het uiteindelijke werk.
Nadat de stof wordt opgespannen, wordt het bewerkt met verdunde acrylverf. Zo kan het doek ook langer geconserveerd blijven. Rood, geel en blauw zijn de richtinggevende kleuren. Ze werkt in verschillende lagen op elkaar. Na enige droogtijd wordt het beschilderde doek van het raam gehaald en in repen geknipt van 6 à 10 mm. Dat knippen is een zeer fysiek monnikenwerk dat zich nadien gestaag doorzet in een volgende fase. “Eens ik start, moet het vooruit gaan”: zegt ze overtuigend. Ze spant honderden draden verticaal op het weefraam en weeft alle repen manueel één voor één tot een majestueus doek. De patronen en kleuren verschillen, maar het totaalformaat blijft redelijk constant, ook al werkte ze in het verleden al met twee- en drieluiken die samen worden gepresenteerd.
Als je met de kennis van het creatieproces naar een doek kijkt, krijgt het een compleet nieuwe dimensie. Ze bevriest de tijd letterlijk via haar weefhandelingen in een kleurentapijt. Het werk dwingt bij mij na het horen van de uitleg nog meer waardering af. We hebben het immers nog niet over de esthetische ervaring gehad die ik eerder ervoer in galerie Tatjana Pieters waar ik haar werk voor het eerst zag. De tapijten stralen energie uit en zuigen energie op, als een venijnig zwart gat. Ze doen me onmiddellijk denken aan de absorberende monochrome en color field schilderijen van eind de jaren ’50 van Amerikaans abstract expressionist Mark Rothko. In 1943 schreef die samen met Barnett Newman en Adolph Gottlieb een brief aan de New York Times waarin al een voorbode stond van wat komen zou: […] We are for large shapes because it has the impact of the unequivocal […] We are for flat forms because they destroy illusion and reveal truth. Het trio voelde zich aanvankelijk spiritueel verwant met ‘primitieve’ en archaïsche kunst, iets was dit huis ook ten overvloede uitstraalt. Bosman geeft ook aan reeds vroeg geïnspireerd te zijn geweest door Rothko, Newman en Paul Klee net als stromingen als Arte Povera en Minimalisme.

Haar tapijten hebben eenzelfde zuigend effect op mij. Mits wat verwijlen kun je zo verdwijnen in het vlak. Er bonst iets in die doeken, een universele kracht die je als kijker meetrekken naar iets wat erachter ligt. Het is een beeld van geweven tijd dat zich uitkristalliseert, als een foto van een meditatieve ketting van handelingen, in al zijn weefnuances en schakeringen. Je leest de intuïtieve beslissingen die achter de creatie zelf liggen verscholen moeiteloos. Het zijn fraaie resultaten van een bijzondere en intensieve flow of the moment.

Het is duidelijk dat Ria Bosman creëert uit noodzaak. Haar atelier is haar leefwereld. Zonder haar kunst zou het leven weinig betekenisvol zijn. De vele opgerolde werken die ze boven bewaard, bevestigen dit zonder enige twijfel. Momenteel werkt ze aan een reeks met leder ingepakte objecten die ze her en der verzamelt. Bij Sint-Jabobs en haar dagelijkse brocantemarkt is vlakbij. Ook het herbestemmen van objecten met verloren functies behoort tot haar artistieke bezigheden. Ria Bosman is een pure kunstenares die ambacht verbindt met meditatie, contemplatie en onversneden esthetiek.
Meer informatie over het werk van Ria Bosman is te vinden via de website van haar galerie Tatjana Pieters.
Dit artikel verscheen reeds midden mei 2019 via theartcouch.be en in het fysieke nummer TheArtCouch #2.